1. Home
  2. Behandeling & onderzoek
  3. Mammapoli
Video's

Mammapoli

Er is een mogelijke afwijking gevonden in uw borst(en) en/of oksel(s). Daarom bent u doorverwezen naar de mammapolikliniek van Maasziekenhuis Pantein voor verder onderzoek. ‘Mamma’ is de Latijnse benaming voor borst. In deze folder leest u wat u op de mammapoli kunt verwachten en welke onderzoeken mogelijk gedaan worden.

Om de video te kunnen bekijken dient u de cookies te accepteren. 

 

Op de mammapoli van Maasziekenhuis Pantein kunt u maandag, woensdag, donderdag en vrijdag terecht. Wij werken met sneldiagnostiek. Alle onderzoeken, die nodig zijn om een diagnose vast te stellen, worden zoveel mogelijk op één ochtend uitgevoerd. Soms lukt het niet om binnen één dag een diagnose te stellen en moet op een later moment aanvullend onderzoek gedaan worden.

Niet elke afwijking in de borst is kwaadaardig. In een groot deel van de gevallen is er sprake van een goedaardige afwijking. Doordat op de mammapoli gewerkt wordt met sneldiagnostiek, weet u zo snel mogelijk waar u aan toe bent. Is de afwijking wel kwaadaardig, dan kan op korte termijn een behandeling worden ingezet.

Mammateam

Op de mammapoli werken verschillende specialisten nauw samen. Het multidisciplinaire team is gespecialiseerd in borstafwijkingen en bestaat uit:

  • een mammachirurg;
  • een radioloog (arts die röntgenfoto’s beoordeelt, echografie-onderzoek doet en als dat nodig is een punctie of biopsie uitvoert);
  • een patholoog (arts die microscopisch onderzoek doet);
  • een verpleegkundig specialist en casemanagers mammacare.


Hoe ziet de sneldiagnostiek eruit?

1) Aanvullend/beeldvormend onderzoek

U wordt eerst verwacht op de afdeling Radiologie. Er wordt een mammografie en/of een echografie van uw borst(en) gemaakt. Het kan nodig zijn dat er daarna een stukje weefsel uit uw borst wordt gehaald voor verder onderzoek.

Mammografie

Het röntgenonderzoek van uw borsten heet mammografie. Een radiologisch laborant maakt van beide borsten twee röntgenfoto’s: een van bovenaf en een van opzij. Om ervoor te zorgen dat de opname zo duidelijk mogelijk wordt, wordt uw borst stevig samengedrukt tussen twee kunststof platen. Dit kan gevoelig zijn. Direct na het onderzoek controleert de laborante of de foto’s duidelijk en compleet zijn. Soms is het nodig om nieuwe of aanvullende opnames te maken. Het maken van een mammografie duurt ongeveer 15 minuten.

Als u doorverwezen bent naar aanleiding van het bevolkingsonderzoek wordt er altijd een nieuwe mammografie gemaakt. De foto’s die tijdens het bevolkingsonderzoek zijn gemaakt, gebruiken we om te vergelijken.

Echografie

Vaak volgt na de mammografie een echografie van de borst waar de afwijking is gevonden. Dit gebeurt als de specialist meer wil weten over één bepaalde plek in de borst. Er kan ook een echo van de oksel nodig zijn.

Bij een echografie wordt een afbeelding van de borst gemaakt met geluidsgolven. De weerkaatsing (echo) van deze golven maakt organen en weefsels zichtbaar op een beeldscherm. De radioloog brengt een gel op de huid aan, waardoor de signalen beter worden opgevangen. Daarna beweegt de radioloog een apparaat (vergelijkbaar met een microfoon) over de huid. Dit onderzoek geeft informatie over de verschillende weefsels in de borst. Zo is een cyste te onderscheiden van een ander soort knobbel. Dit onderzoek duurt ongeveer 15 minuten.

Na de mammografie en echografie zijn er 3 mogelijkheden, die de radioloog direct met u bespreekt:

  1. De afwijking waarvoor u bent doorgestuurd, is duidelijk goedaardig. Er is geen aanvullend onderzoek nodig en geen biopten. In dat geval is het klaar en hoeft u niet naar de mammapoli. Uw huisarts ontvangt een bericht van ons. U hoeft voor de uitslag niet naar de huisarts, die heeft u al van de radioloog ontvangen.
  2. De afwijking waarvoor u bent doorgestuurd, is niet duidelijk goedaardig. Er is weefselonderzoek nodig. Het weefsel kan meestal direct tijdens de echo worden verkregen. De (voorlopige) uitslag krijgt u aan het eind van dezelfde dag. U wordt meteen na de echo verwacht op de mammapoli.
  3. De afwijking waarvoor u bent doorgestuurd, is niet duidelijk goedaardig. Er is ander aanvullend onderzoek nodig. Dat kan bijvoorbeeld gaan om stereotactische biopten of een MRI-scan. U wordt meteen na de echo verwacht op de mammapoli. De aanvullende afspraken worden meteen gemaakt.

2) Weefselonderzoek

Soms is het noodzakelijk om verder onderzoek te doen naar de aard van de afwijking. Hiervoor wordt materiaal afgenomen uit uw borst. Dit kan op verschillende manieren.

Punctie zonder verder onderzoek

Als er sprake is van een vochtblaasje (cyste) in de borst, kan er besloten worden om deze ‘aan te prikken’ en leeg te zuigen. Het vocht zelf hoeft niet te worden onderzocht, omdat het onschuldig is. Een verdoving is hierbij niet nodig.

Cytologische punctie

Met een dunne naald worden cellen uit de afwijking van de borst opgezogen. Deze cellen worden in het laboratorium van het Radboudumc onderzocht. Verdoving is voor dit onderzoek niet nodig.

Naaldbiopsie

Met een naald wordt een klein stukje weefsel uit de afwijking in de borst gehaald. Dit gebeurt onder plaatselijke verdoving. Het stukje weefsel wordt door de patholoog onderzocht onder de microscoop. Na het uitwerken van de verdoving kunt u pijnklachten en/of een bloeduitstorting krijgen. Als dat nodig is, mag u twee tabletten paracetamol van 500 mg innemen tegen de pijn. Als u bloedverdunnende medicijnen gebruikt, moet u dat aangeven bij de arts. Deze hoeven niet gestopt te worden.

In beide gevallen wordt het verwijderde materiaal vanuit Maasziekenhuis Pantein direct vervoerd naar de patholoog in het Radboudumc. De uitslag van het onderzoek is aan het eind van de middag bekend.

Stereotactisch naaldbiopt

Als er op een mammografie kalkspatjes (microcalcificaties) te zien zijn (vaak opgemerkt vanuit het bevolkingsonderzoek), kan aanvullend onderzoek naar de aard van de kalk nodig zijn. Om de kalk te onderzoeken, wordt een stukje weefsel (een biopt) van een specifieke plek in uw borst weggenomen.

Helaas kan dit onderzoek niet op de sneldiagnostiek plaatsvinden. Het onderzoek duurt gemiddeld een uur en moet apart gepland worden. Ook duurt het een aantal dagen om het weefsel nauwkeurig te onderzoeken.

Bij dit onderzoek wordt uw borst tussen de mammografieplaten geplaatst, zodat deze niet meer kan verschuiven. Met röntgenfoto’s wordt bepaald waar het biopt moet worden genomen. Onder plaatselijke verdoving wordt met een naald een stukje weefsel weggenomen. Soms worden er meerdere biopten genomen.

Er wordt een marker in de borst ingebracht, zodat we altijd kunnen zien op welke plek de biopten genomen zijn. Deze marker kan zonder bijwerkingen in de borst achterblijven. Als u bloedverdunnende medicijnen gebruikt, moet u dat aangeven bij de arts. Met sommige soorten moet u tijdelijk stoppen. Uw arts bespreekt dit met u. Als dat nodig is, mag u twee tabletten paracetamol van 500 mg innemen tegen de pijn.

3) Gesprek met de casemanager mammacare of verpleegkundig specialist

Op de mammapoli komt u bij de casemanager mammacare of verpleegkundig specialist. U bent dan al bij de radioloog geweest. Er is al kort met u besproken wat er is gevonden en mogelijk zijn er al biopten genomen. Tijdens dit gesprek noteert de verpleegkundig specialist uw gegevens en stelt ze u een aantal specifieke vragen over uw klachten. Vervolgens onderzoekt zij uw borst(en) en oksels op eventuele voelbare afwijkingen.

Er wordt ook met u afgesproken op welk moment u terugkomt voor de uitslag. In het geval van een cytologische punctie of naaldbiopsie is dat meestal dezelfde dag nog, aan het einde van de middag. Als er een stereotactisch naaldbiopt moet plaatsvinden, moet u een aantal dagen wachten tot de uitslag bekend is.

Als uit de onderzoeken blijkt dat het om een kwaadaardige afwijking gaat, is dat voor de meeste mensen zeer ingrijpend. De arts of verpleegkundig specialist neemt samen met u de onderzoeken en uitslagen door. Er volgt op korte termijn een vervolgafspraak met de chirurg voor het bespreken van de behandeling. Ook uw huisarts en (als dat van toepassing is) het bevolkingsonderzoek worden op de hoogte gesteld van de uitslag.

Soms zijn aanvullende onderzoeken nodig om tot een definitieve diagnose te komen. Voor deze vervolgonderzoeken moet u op een andere dag terugkomen. Dan worden er een of meerdere vervolgafspraken met u gemaakt.

4) Multidisciplinair overleg

Alle onderzoeken worden aan het eind van dag besproken in een multidisciplinair team. Alle betrokken specialisten en verpleegkundigen zijn hierbij aanwezig. In dit overleg wordt de diagnose vastgesteld en maakt het team een voorstel voor behandeling.

Behandeling

Borstkanker kan op verschillende manieren behandeld worden. Voor sommige behandelingen kan uw persoonlijke wens doorslaggevend zijn. Daarom is het van belang dat de specialisten samen met u een zo goed mogelijk verantwoord behandelplan opstellen. Er worden daarom een aantal vervolggesprekken op de mammapoli ingepland.

Samenwerking Maasziekenhuis Pantein en Radboudumc

De mammapoli’s van het Maasziekenhuis en het Radboudumc werken nauw samen. Alle onderzoeken en uitslagen worden wekelijks gezamenlijk besproken door de mammateams van beide ziekenhuizen. Het doel van dit overleg is om een definitieve diagnose en vervolgens een behandelplan vast te stellen. Het is mogelijk dat er na dit overleg toch andere besluiten worden genomen dan wat tijdens het eerdere gesprek met u is besproken. Als dit het geval is, krijgt u dit zo snel mogelijk te horen.

Meer informatie

Voor meer informatie over borstafwijkingen en de eventuele behandeling hiervan kunt u contact opnemen met de verpleegkundig specialist of de casemanager mammacare. Zij zijn op werkdagen bereikbaar via de polikliniek Oncologie op telefoonnummer 0485-84 55 26 of via e-mail: mammacare@pantein.nl

 

Maart 2024 - versie 3
MAM003