Maasziekenhuis Pantein Hal
  1. Home
  2. Behandeling & onderzoek
  3. Pacemaker vervangen
Patiëntenfolder

Pacemaker vervangen

U bent onder behandeling bij de polikliniek Cardiologie van Maasziekenhuis Pantein, omdat u een pacemaker heeft. Binnenkort wordt uw pacemaker vervangen. In deze folder leest u hoe de ingreep verloopt en hoe u zich hierop kunt voorbereiden.

Vervangen van uw pacemaker

De meeste pacemakers gaan 8 tot 12 jaar mee. Uw pacemaker ondersteunt en volgt uw hartritme voortdurend. Soms zijn er instellingen in de pacemaker noodzakelijk die meer stroom verbruiken. Dit kan betekenen dat uw pacemaker wat eerder leeg is.

De pacemakertechnicus heeft geconstateerd dat de batterij van uw pacemaker leeg begint te raken. Het is daarom noodzakelijk om de pacemaker (waarin deze batterij zit) te vervangen. De pacemaker is meestal links of rechts bij het sleutelbeen onder de huid geplaatst.

Tijdens de ingreep wordt uw oude pacemaker vervangen door een nieuwe pacemaker. De oude elektroden worden op de nieuwe pacemaker aangesloten. De ingreep vindt meestal in dagopname plaats.

Voorbereiding op de opname

Eten en drinken

Thuis mag u nog een licht ontbijt gebruiken. Bijvoorbeeld: een beschuitje en thee.

Als u diabetes mellitus heeft en insuline spuit, mag u eten zoals u gewend bent. Ook mag u de gebruikelijke hoeveelheid insuline spuiten. Wij vragen u uw insulinepen met bijbehorende insuline en naaldjes mee te nemen naar het ziekenhuis.

Medicijngebruik

Bent u allergisch voor medicijnen zoals antibiotica? Meld dit dan van tevoren aan uw behandelend cardioloog. Hij of zij vertelt u tijdens het spreekuur of en met welke medicijnen u tijdelijk dient te stoppen.

Vervoer naar huis

U mag na de ingreep niet zelfstandig aan het verkeer deelnemen. Wij adviseren u om vooraf te regelen dat iemand u na de behandeling naar huis begeleidt.

Douchen/baden

Voor de operatie moet uw huid schoon zijn. Wij verzoeken u, voordat u naar het ziekenhuis komt, te douchen of te baden, uw nagels kort te knippen, eventuele nagellak te verwijderen en geen crème of make-up te gebruiken. Tijdens de ingreep mag u geen lenzen, piercings of sieraden dragen. U kunt wel een bril meenemen, die u tijdens de opname kunt dragen.

Griep of koorts?

Heeft u de dag voor de ingreep griep of koorts? Neemt u dan contact op met het Opnamebureau op telefoonnummer 0485-84 57 10. U hoort dan of het nodig is om een nieuwe afspraak te maken.

Meenemen naar het ziekenhuis

  • Uw legitimatiebewijs (paspoort, identiteitskaart of rijbewijs).
  • De medicijnen die u gebruikt in originele verpakking en een Actueel Medicatie Overzicht (AMO). Dit overzicht kunt u opvragen bij uw apotheek als u (nog) geen toestemming heeft gegeven voor het delen van uw medicatiegegevens.
  • Toiletspullen, ochtendjas/pyjama, pantoffels of slippers en verdere benodigdheden voor een eventueel verblijf in het ziekenhuis.

Opname en verblijf in het ziekenhuis

Dag van opname

In het ziekenhuis meldt u zich op het afgesproken tijdstip bij de balie van de verpleegafdeling. Een verpleegkundige wijst u uw kamer en bed. Zij voert met u het opnamegesprek en bereidt u verder voor op de ingreep. Tijdens dit gesprek vraagt de verpleegkundige ook naar de naam en het telefoonnummer van uw contactpersoon en naar eventuele allergieën die u heeft. Ook controleert de verpleegkundige uw medicijnen. Als u vragen heeft, kunt u die altijd aan de verpleegkundige stellen.

Van de verpleegkundige krijgt u een operatiehemd. U kleedt zich uit en trekt het operatiehemd aan. Daarna krijgt u een infuus in uw arm. Via het infuus krijgt u een antibioticum. Als u dat prettig vindt, kunt u een rustgevende tablet krijgen. De verpleegkundige meet uw bloeddruk. Als dat nodig is, wordt aan de kant van de implantatie uw borst en oksel geschoren.

In verband met de steriliteit op de behandelkamer, krijgt u vlak voor binnenkomst in de verkoeverkamer een operatiemuts op.

Controle van bloedwaarden

Gebruikt u sintrom (acenocoumarol) of marcoumar (fenprocoumon) en wordt u begeleid door de trombosedienst? Dan is het belangrijk om te weten hoe lang het duurt voordat uw bloed stolt. Dit is de zogeheten INR-waarde. Als dit voor u van toepassing is, dan wordt uw bloed onderzocht op de dag van opname. Op de afdeling wordt er dan bloed geprikt bij u.

Gebruikt u deze medicijnen niet? Dan hoeft uw bloed niet onderzocht te worden.

De ingreep

Bij een pacemakerwissel wordt uw oude pacemaker vervangen door een nieuwe pacemaker. De oude elektroden worden op de nieuwe pacemaker aangesloten. De cardioloog en de pacemakertechnicus voeren samen de ingreep uit.

U krijgt een plaatselijke verdoving. Daarna maakt de cardioloog een kleine opening, meestal ter hoogte van het oude litteken. Hij maakt de draad/draden(elektroden) los en de pacemakertechnicus controleert of de elektrode(n) nog in orde zijn. De oude pacemaker wordt verwijderd. Als de elektroden nog in orde zijn en goed functioneren worden ze aangesloten op de nieuwe pacemaker.

In zeer zeldzame gevallen kan het voorkomen dat de elektroden niet goed meer functioneren. In dat geval worden ook de elektroden vervangen. Na het plaatsen van de nieuwe pacemaker wordt de wond gehecht.

De ingreep duurt ongeveer een uur.

Na de ingreep

Na de ingreep gaat u weer terug naar de verpleegafdeling. Hier controleert de verpleegkundige uw bloeddruk en de wond. U mag meteen eten en drinken. Het infuus wordt verwijderd. Meestal mag u ook meteen uit bed komen.

De cardioloog komt na de ingreep altijd bij u langs op de afdeling. Als u sintrom (acenocoumarol) of marcoumar (fenprocoumon) gebruikt, bespreekt de cardioloog met u wanneer u weer moet starten met de bloed-verdunnende medicijnen. Dit wordt doorgegeven aan de Trombosedienst, als u hier onder behandeling bent.

Gemiddeld verblijft u nog 1 tot 2 uur op de afdeling na de ingreep.

Na de opname

Complicaties

De kans op complicaties is heel erg klein. Soms kan de wond een beetje nabloeden en er kan een blauwe plek ontstaan.
Wanneer neemt u contact op met het ziekenhuis?

  • Als de wond blijft nabloeden.
  • Als er plotseling een toenemende zwelling onder de pleister optreedt.
  • Bij problemen met de wond, zoals roodheid of vochtigheid van de huid rondom de wond.
  • Bij koorts (hoger dan 38˚C).

Wanneer zich thuis bovenstaande problemen voordoen, neemt u dan contact op met de polikliniek Cardiologie, via telefoonnummer 0485-84 53 40. Buiten kantooruren kunt u contact opnemen met de Spoedeisende Hulp op telefoonnummer 0485-84 53 31.

Adviezen voor thuis

  • Het wondverband moet 2 dagen blijven zitten. Douchen mag wanneer de wond dicht is.
  • Meestal wordt er gebruik gemaakt van oplosbare hechtingen. Als u geen oplosbare hechtingen heeft, dan moeten deze na 10 dagen verwijderd worden. Dit gebeurt op de polikliniek of bij de huisarts. Dit wordt aangegeven bij de ingreep.
  • Bij pijn mag u paracetamol 500 mg tabletten gebruiken, maximaal 4 keer per dag 2 tabletten.

Controleafspraak

U krijgt een afspraak thuisgestuurd voor controle op de pacemakerpoli-kliniek.

Meer informatie

Heeft u na het lezen van deze folder nog vragen, neemt u dan gerust contact op met de polikliniek Cardiologie op telefoonnummer 0485-84 53 40.